Managers tekenen voor miljarden aan onzindeclaraties
20 februari 2008 -
Werknemers overal ter wereld steken bijna miljarden in hun zak aan valse declaraties. Managers tekenen namelijk vrijwel alles wat hun onder hun neus geschoven wordt.
Uit onderzoek van GlobalExpense blijkt dat alleen al in het Verenigd Koninkrijk bijna 350 miljoen pond aan frauduleuze declaraties vergoed wordt en dat er bijna 670 miljoen pond per jaar onterecht vergoed wordt. Wereldwijd komt dit neer op zo´n zes miljard pond per jaar, gemiddeld 1.555 pond per werknemer.
Vreemde bonnetjes
De hoogst gevonden declaratie betrof een rekening van 24.000 pond voor een training van een week voor acht werknemers. Andere vreemde declaraties betroffen onder andere de aanschaf van twintig Bijbels, kapperbezoekjes, een bezoek aan een stripclub en zelfs gokuitgaven. De onderzoekers, die declaraties over een periode van drie jaar onder de loep namen, concluderen dat bedrijfsbeleid wereldwijd stelselmatig omzeild wordt. Hoewel gemiddeld twaalf procent van alle declaraties niet vergoed behoren te worden, wijzen managers slecht 0,5 procent af.
Grote gevolgen
David Vine, algemeen directeur van GlobalExpense: "Bedrijven gooien miljoenen weg door declaraties niet te controleren. Niet alle onterecht uitgekeerde bedragen zijn natuurlijk frauduleus; het kan zijn dat een werknemer per ongeluk zijn limiet overschrijdt. Maar juist op het gebied van declaraties kunnen personen met minder goede bedoelingen hun slag slaan." Hij noemt het voorbeeld van een groep managementconsultants die zaten te discussiëren wat ze zouden doen met hun drankrekening uit de hotelbar. Er werd besloten dat een van hen hem zou betalen uit een valse reiskostendeclaratie. Een dergelijke lakse houding ten aanzien van onkostenvergoedingen – bovendien zo publiekelijk besproken - kan grote gevolgen hebben en zelfs de reputatie van de onderneming en de directie op het spel zetten.
Big spenders
Financiële dienstverleners zijn de grootste geldsmijters. Zij zijn verantwoordelijk voor een kwart van de declaraties op het gebied van verblijf en vermaak. Daarna volgen mediabedrijven en uitgeverijen.