zoeken Nieuwsbrief
      Linkedin    Twitter   
  
nieuws
 

Nederland zakt opnieuw plaats op Global Gender Gap Index 2014

3 november 2014 - Het World Economic Forum (WEF) publiceert jaarlijks de Global Gender Gap Index. De Global Gender Gap Index geeft inzicht in de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen voor meer dan 90 procent van de wereldbevolking.

Er zijn 142 landen vergeleken op vier aspecten van ongelijkheid: economische participatie, toegang tot onderwijs, gezondheidszorg en politieke macht. Na vorig jaar al te zijn gedaald van de elfde naar de dertiende plaats op de ranglijst, zakt Nederland dit jaar naar de veertiende plaats.



Ongelijkheid 
Wereldwijd gezien is er nauwelijks nog sprake van ongelijkheid tussen mannen en vrouwen wat betreft de toegang tot gezondheidszorg en toegang tot onderwijs. Henk Volberda stelt dat het ongelijkheidsverschil in toegang tot gezondheidszorg voor 96 procent is geslecht terwijl voor de toegang tot onderwijs het gat voor 94 procent is gedicht.

Economische participatie 
Wat betreft economische participatie van vrouwen en politieke invloed valt er volgens Volberda echter nog veel te verbeteren: vrouwen participeren wereldwijd 40 procent minder in het arbeidsproces en hebben 79 procent minder politieke invloed. Het WEF verwacht op basis van extrapolatie dat pas over 81 jaar (in 2095) het ongelijkheidsverschil in economische participatie wereldwijd zal zijn geslecht. Volberda verwacht dat de geavanceerde Westerse economieën, in het bijzonder de Scandinavische landen, dit veel sneller zullen bereiken.
 
Gelijkheid belangrijk voor concurrentievermogen

De Global Gender Gap Index laat een sterke correlatie zien tussen sekse gelijkheid en de het nationale concurrentievermogen. Daarmee geeft het volgens Volberda een duidelijk signaal aan beleidsmakers om sekse gelijkheid op te nemen in hun nationale prioriteiten.
 De belangrijkste determinant van het concurrentievermogen van een land is namelijk het menselijk talent - de vaardigheden, het onderwijs en de productiviteit van de beroepsbevolking – en vrouwen maken de helft uit van de potentiële talentenbasis. Het concurrentievermogen van een land hangt dus significant af van hoe een land investeert in vrouwelijk talent en de kansen van vrouwen vergroot. Om het concurrentievermogen en ontwikkelingspotentieel te maximaliseren, zou elk land naar sekse gelijkheid moeten streven, wat betekent dat vrouwen dezelfde rechten, verantwoordelijkheden en de kansen geboden moet worden als mannen.

Gelijkwaardigheid blijft problematisch
Volgens Volberda zijn er twee oorzaken voor de lagere ranking van Nederland. Ten eerste verdienen vrouwen in gelijkwaardige functies aanzienlijk minder dan mannen (-23 procent) en is het aandeel van vrouwen in leidinggevende functies nog steeds laag (slechts 29 procent van de managers is vrouw). De arbeidsparticipatie van vrouwen is dan wel toegenomen (74 procent van de vrouwen heeft een werkbetrekking), maar 77 procent van de vrouwen heeft een parttime baan ten opzichte van 23 procent van de mannelijke populatie. Daarnaast doen vrouwen het op onderwijsparticipatie nog steeds beter dan mannen (+ tien  procent voor hoger onderwijs), maar in Scandinavische landen is de dominantie van vrouwen in het hoger onderwijs nog veel groter.
 
Politieke invloed van vrouwen
De politieke invloed van vrouwen is in Nederland wel iets toegenomen, doordat in dit kabinet 47 procent van de ministersposten door vrouwen wordt ingenomen. Nederland heeft in haar geschiedenis echter nog nooit een vrouwelijke minister-president gehad.
 Nederland scoort veel beter dan het wereldwijd gemiddelde, maar blijkt wel steeds meer achter te lopen op de Scandinavische landen. Koplopers op de Global Gender Gap Index zijn ook dit jaar weer IJsland, Finland, Noorwegen, Zweden en Denemarken. Deze landen hebben gemiddeld meer dan 80 procent van de Gender Gap gedicht en fungeren als rolmodel voor andere landen.
 
Hogere participatie hoger onderwijs
Volberda stelt dat ondanks de onderwijsdominantie van vrouwen dat zij nog steeds ondervertegenwoordigd zijn in leidinggevende functies en aanzienlijk minder verdienen in gelijkwaardige functies. Hij ziet in Nederland een groot onbenut potentieel van onze vrouwelijke beroepsbevolking. Gezien de hogere participatie van vrouwen in het hoger onderwijs en hun betere studieprestaties, is het volgens Volberda onrechtvaardig dat vrouwen nog steeds worden achtergesteld in salariëring en niet doorstoten naar leidinggevende functies.

Gezondheidszorg
Op het gebied van de gezondheidszorg is de kloof voor 97 procent gedicht, een zelfde score als vorig jaar. Volberda stelt dat de meeste landen hoog op gezondheidszorg scoren, waardoor de goede scores zich niet vertalen in een hoge plaats op de ranglijst.

Mogelijkheden
Mogelijkheden liggen er volgens Volberda op het gebied van economische participatie, waarvoor 71 procent van de ongelijkheid is overwonnen, en op het gebied van politieke invloed waarin slechts 41 procent van de ongelijkheid is overwonnen.

Beleidsimplicaties Nederland: betere voorzieningen en vrouwenquota
Juist in tijden van voorzichtige economische opleving is het volgens Henk Volberda noodzakelijk dat een land de economische participatie van vrouwen verbetert aangezien dit kans biedt op vooruitgang: "We hebben in Nederland inmiddels goed gekwalificeerde en uitstekend opgeleide vrouwen; we moeten er alles aan doen dat zij nu ook beter doorstromen naar leidinggevende managementposities en politieke functies".
We kunnen daarbij een voorbeeld nemen aan de Scandinavische landen; zij lopen duidelijk voorop als het gaat om voorzieningen voor ouders om werk en gezin te combineren, kinderopvang, en zwangerschapsverlof. Naast fiscale prikkels, sociale zekerheidsvoorzieningen en werkgeversinvesteringen die de ongelijkheidskloof tussen mannen en vrouwen opheffen, kan ook meer voor een top-down benadering gekozen door wetgeving: In Noorwegen moet 40 procent van de raad van bestuur van beursgenoteerde ondernemingen bestaan uit vrouwen. De quota-discussie is in Nederland wel gevoerd, maar heeft nog niet geleid tot nationale wetgeving. De Europese Commissie wil dat vanaf 2020 40 procent van de topfuncties van beursgenoteerde bedrijven door vrouwen worden uitgevoerd.

Ongelijkheid blijft bestaan
Er is geen land ter wereld waar de ongelijkheid compleet is opgeheven. De vier hoogst genoteerde landen – IJsland, Finland, Noorwegen en Zweden – hebben meer dan 80 procent van hun kloof gedicht, terwijl het laagst genoteerde land – Jemen – hier voor 50 procent in is geslaagd. Nederland heeft de kloof tussen mannen en vrouwen voor meer dan 77 procent gedicht.

Europa koploper
Zeven Europese landen bevinden zich in de top-10 en elf Europese landen bevinden zich in de top twintig van landen die het best in staat zijn de ongelijkheid tussen mannen en vrouwen te verminderen. De top vier, bestaande uit Scandinavische landen, is onveranderd in vergelijking met vorig jaar.

 
 Doorsturen   Reageer  

 

Laatste nieuws

 Een op de vier bedrijven niet bezig met klimaat en duurzaamheid
 Gen-Z’ers en Millennials zouden van baan veranderen voor bedrijf dat beter aansluit bij waarden
 Duurzaamheidsmanagement steeds belangrijker voor moderne bedrijven
 

Gerelateerde nieuwsitems

 Sekse-clichés nog springlevend op internet
 Clichés sekseverschillen kloppen op de werkvloer
 Europese Commissie sluit topvrouwen-quotum niet uit
 EU wil salariskloof tussen mannen en vrouwen dichten
 
 
reacties
 
Er zijn nog geen reacties.

REAGEREN

Naam:
Emailadres:
URL: (niet verplicht) http:// 
 
Reactie/Opmerking:
Ik wil bericht per e-mail ontvangen als er meer reacties op dit artikel verschijnen.
 
Als extra controle, om er zeker van te zijn dat dit een handmatige reactie is, typ onderstaande code over in het tekstveld ernaast. Is het niet te lezen? Klik hier om de code te wijzigen.
Pas op met het snijden in de kosten als ondernemer
reacties
Top tien arbeidsmarktontwikkelingen 2022 (1) 
‘Ben jij een workaholic?’ (1) 
Een op de vier bedrijven niet bezig met klimaat en duurzaamheid (3) 
Eén op zeven Nederlanders staat niet achter aanbod van hun organisatie  (1) 
Drie manieren om te reageren op onterechte kritiek (1) 
Een cyber-survivalgids voor managers: hoe ga je om met cyberaanvallen?  (1) 
Mind your data (1) 
top10