29 december 2005 -
Richard Causey, voormalig hoofd boekhouding van het Amerikaanse energieconcern Enron, heeft woensdag bekend schuldig te zijn aan fraude. De boekhoudfraude leidde in 2001 tot de ondergang van Enron, die duizenden werknemers hun baan kostte en waarbij miljarden aan in Enron gestoken spaargeld in rook opging.
De bekentenis levert Causey strafvermindering op. Hem hing zeker twintig jaar cel boven het hoofd, maar dat worden er nu vermoedelijk zeven. Samenwerking met justitie in het onderzoek naar de voormalige Enron-topman Kenneth Lay en diens rechterhand Jeffrey Skilling kan nog eens twee jaar strafvermindering opleveren.
Informatie van binnenuit De bekentenis van Causey is een slag in het gezicht voor de verdedigers van Lay. Met informatie van binnenuit staan de aanklagers in de zaak zeer sterk. Causey waren ruim dertig punten ten laste gelegd. Met de aanklagers was hij overeengekomen dat hij maar in één zaak schuld hoefde te bekennen. Daaruit kan worden afgeleid dat de aanklagers zich in de zaak tegen Lay en Skilling niet erg zeker voelden.
Arthur Anderson De 45-jarige Causey begon zijn carrière bij het accountantsbureau Arthur Anderson. Hij werkte daar negen jaar, vooral met de financiële verslagen van Enron. In 1991 kwam hij bij Enron. Arthur Anderson is door zijn betrokkenheid bij het faudeschandaal failliet gegaan. Bij Enron bedacht Causey constructies om verliezen en schulden buiten de boeken te houden. De opdracht daarvoor kwam van Andrew Fastow, de gewezen financieel directeur van het energieconcern.
Samenzwering Fastow bekende vorig jaar schuld aan fraude en samenzwering. Hij heeft tien jaar gevangenisstraf plus een boete van 23 miljoen dollar gekregen. Bij elkaar hebben nu zestien voormalige managers van Enron schuld bekend aan de ondergang van het concern. Ex-topman Lay en tweede man Skilling houden nog altijd vol niet schuldig te zijn. De zaak tegen hen dient eind januari. Ze kunnen twintig jaar cel krijgen.