12 december 2005 -
Grote aandeelhouders, zoals institutionele beleggers en families, komen te laat in actie als het topmanagement van bedrijven niet goed presteert. Ze zouden bestuurders veel sneller op straat moeten zetten. Dat betoogt prof. Luc Renneboog in zijn oratie, die hij afgelopen vrijdag uitsprak.
Primaire taak
Een primaire taak van corporate governance is het nemen van maatregelen tegen het management bij zwakke bedrijfsprestaties. Het topmanagement mag dan wel vaak worden ontslagen als het bedrijfsrendement tegenvalt, maar dat gebeurt doorgaans wel erg laat, constateert Renneboog: pas als het bedrijf het aanhoudend slecht blijft doen en verliezen zich opstapelen.
Manipuleren Een ander corporate-governanceprobleem is het manipuleren van bedrijfsresultaten door het management. Dat gebeurt bijvoorbeeld door 'earnings smoothing', het spreiden van de bedrijfsresultaten door de tijd heen. Daardoor wordt de relatie tussen de gerapporteerde resultaten en de echte bedrijfsprestaties niet meer gezien als iets dubieus. Renneboog vindt dat strikte regels voor de honorering van het management nodig zijn en dat de interpretatiemogelijkheden van hoe bepaalde transacties moeten worden geboekt beperkt moeten worden.
Lagere beloning Verder vindt Renneborg dat er een betere relatie moet komen tussen beloning en waardecreatie van de onderneming (hogere aandelenkoersen). Het komt maar zelden voor dat een bestuurder die het niet goed doet een lágere beloning krijgt.
Regels Een goed corporate-governancesysteem is belangrijk, stelt Renneboog, maar er is geen uniek model dat beter is dan andere systemen. Wel kunnen aan de huidige systemen verbeteringen worden aangebracht. Grootaandeelhouders zouden zich actiever moeten opstellen en er zou een duidelijke relatie tussen honorering van het management en waardecreatie moeten komen. Ook het manipuleren van de bedrijfsresultaten door het management moet, middels strikte regels, tot het einde behoren.