9 november 2004 -
Het openbaar ministerie (OM) beschuldigt de voormalige top van het failliete automatiseringsbedrijf Landis van valsheid in geschrifte. Justitie heeft maandag voor de Amsterdamse rechtbank tegen twee oud-bestuurders, onder wie bestuursvoorzitter Paul Kuiken, een gevangenisstraf van zes maanden en een boete geëist.
Twee commissarissen van het bedrijf hangt een taakstraf boven het hoofd.
Geantedateerd Het Landis-bestuur zou contracten hebben geantedateerd zodat opties tegen gunstigere koersen aan de bestuurstop konden worden verstrekt en de fiscus te weinig belasting ontving. Dat meldt NRC Handelsblad vandaag. Volgens het OM ontbrak het bij Landis, dat in 2002 op de fles ging, aan bedrijfsethiek. De complete raad van bestuur en raad van commissarissen zou 'niet integer en niet transparant' hebben gehandeld, aldus de officier van justitie. Directienotulen ontbraken, notulen van commissarisvergaderingen waren 'zeer mager' en er was een groot gebrek aan goede financiële informatie.
Straffen Het OM eiste tegen oud-voorzitter Paul Kuiken en voormalig financieel directeur John B. negen maanden cel (waarvan drie voorwaardelijk) en een boete van 20.000 euro. Het duo zou de 'intellectuele dader' zijn die geen enkele inkeer toonde. De twee commissarissen verzaakten volgens het OM hun toezichtstaak en lieten zich mede door eigen gewin leiden. Zij zouden met opties zijn beloond. Tegen hen is 160 uur taakstraf geëist en drie maanden voorwaardelijke celstraf. Een van de oud-commissarissen is de Amsterdamse advocate Adriënne V., voormalig Eerste Kamer-lid voor D66.
Hoogtepunt Op zijn hoogtepunt had Landis een omzet van 700 miljoen euro en 3.000 man personeel. Op 6 mei 2002 werd het bedrijf redelijk abrupt failliet verklaard. Onderdelen van het bedrijf konden na het faillissement worden doorverkocht aan verschillende partijen.
