8 oktober 2003 -
Er hebben de laatste maanden nogal wat managementmissers de revue gepasseerd, zowel in binnen- als buitenland. Volgens auteur Gyuri Vergouw kunnen docenten en managementgoeroes van prestigieuze business schools daar wel eens voor een belangrijk deel schuldig aan zijn.
Bezwaren Moderne managementtheorieën zoals de agency-theorie, de balanced scorecard en het 7-s-model hebben veel navolging gekregen, maar waarom eigenlijk?
Er kleven nogal wat bezwaren aan deze theorieën:
1. Zelden degelijk wetenschappelijk getoetst Hoewel het goed wetenschappelijk gebruik is, worden managementtheorieën maar zelden degelijk getoetst.
2. Modellen zijn niet volledig en uitsluitend De ideale theorie is volledig en onderdelen ervan mogen elkaar niet overlappen. In werkelijkheid is dit echter niet het geval. Het 7-s-model van Peters en Waterman leek aanvankelijk een blauwdruk voor succesvolle bedrijven. In werkelijkheid werden de succesvolle bedrijven er pas na het verzinnen van het model bij gezocht.
3. De klant is koning Veel modellen worden in een jasje gepresenteerd dat erin gaat als Gods woord in een ouderling. Als het maar lekker bekt en gemakkelijk toepasbaar is, ligt de goeroestatus voor de bedenker binnen handbereik. Op zich niet erg, mits het maar vooraf wetenschappelijk is getoetst. En dat is maar zelden het geval.
4. Overdreven simplisme Vrijwel altijd worden modellen aangeboden in een vorm waarbij de getallen 3, 4, 5, 7 en 10 frequent voorkomen. Dan past het namelijk in een driehoek, een vierkant, in bollen of een top-10 lijstje. Het heeft er alle schijn van dat de verkoopbaarheid hierbij een belangrijkere rol speelt dan de inhoudelijke kant.
Mode Vergouw vindt dat van universiteiten en business schools vanwege hun maatschappelijke rol en impact verlangd mag worden dat ze zich niet met modeverschijnselen bezighouden.
Volledige artikel Klik hier om het hele artikel te lezen.