Uitstekende vooruitzichten voor marketing- en communicatieprofessional
20 januari 2015 -
De vooruitzichten voor marketing- en communicatieprofessionals zijn uitstekend te noemen. In 2014 is de vraag naar communicatiespecialisten met 24 procent gegroeid en de vraag naar marketeers met vijftien procent gegroeid.
Dit blijkt uit de analyse 'Trends en Ontwikkelingen op de Marketing- en Communicatie arbeidsmarkt 2014'. Opvallend is dat de stijging met name is gerealiseerd in de tweede helft van het jaar. In het vierde kwartaal steeg de vraag maar liefst met 22 procent ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar.
Meeste vacatures in regio Amsterdam, grootste groei in regio Rotterdam
Ten opzichte van 2013 laten alle regio's een groei in vacatures zien. De regio Eindhoven laat de minste groei zien (negen procent) en de regio Rotterdam laat de meeste groei zien, 29 procent. Van de vijf grote marketing en communicatie steden is de regio Amsterdam echt koploper met ruim 7.000 marketing- en communicatievacatures: bijna een derde van de totale vraag komt vanuit de hoofdstad. Dat aandeel is nagenoeg gelijk aan de drie daaropvolgende steden Utrecht, Den Haag en Eindhoven bij elkaar opgeteld.
Hella Ploegmakers, commercieel manager Marketing & Communicatie bij Yacht:"Amsterdam heeft echt het voordeel van het feit dat er veel internationale bedrijven zijn gevestigd met hun hoofdkantoor. Hoofdkantoren van waaruit Marketing & Communicatie centraal geregeld wordt en dat heeft een enorm positief effect op deze specifieke beroepsgroep."
Bereid om meer dan een uur te reizen
Uit het Beroepen- en Arbeidsmarkt Survey (BAS) blijkt dat marketing- en communicatieprofessionals bereid zijn om een langere maximale reistijd woon-werkverkeer te hebben dan de gemiddelde professional. Van de marketing- en communicatie professionals is ruim 35 procent bereid meer dan een uur te reizen, terwijl dat aandeel bij de gemiddelde professional iets hoger dan een kwart is (27 procent). Wel hechten de marketeers en communicatie specialisten bovengemiddeld meer waarde aan thuiswerkmogelijkheden bij hun werkgever, bijna de helft (47 procent) ten opzichte van slechts een derde bij de benchmark (32 procent).
