21 december 2018 - De kogel is door de kerk. De EU heeft bepaald dat nieuwe auto's in 2030 nog eens 37,5% minder CO2 moeten uitstoten. Deze aanscherping van de norm komt bovenop de norm in 2021 die een wagenparkgemiddelde van 95 gram CO2 per kilometer voorschrijft.
Niet 40 procent, maar dus 37,5 procent. Weliswaar een lagere reductie dan aanvankelijk werd ingeschoten, maar evengoed nog altijd een norm die de auto-industrie voor een enorme uitdaging stelt. Zo vindt Duitsland de 2030-norm veel te ambitieus. Een verdere reductie van 30 procent was meer dan genoeg geweest volgens onze oosterburen. Nederland en Frankrijk hadden ingezet op maximaal 35 procent, maar de Europese Commissie vond ook dat nog te weinig. Zij had liever een reductie van 40 procent gezien bij het aanvangen van het vierde decennium van deze eeuw.
Serieus schoon Uiteindelijk is besloten voor een typisch Europees compromis: de uitstoot moet tussen 2021 en 2030 met nog eens 37,5% omlaag. Dat betekent dat een nieuwe auto in 2030 gemiddeld nog slechts 59,3 gram aan CO2 mag uitstoten.Strikt genomen levert die waarde een serieus schoon vervoersmiddel op. Immers, nog niet zolang geleden was zo'n lage uitstoot nog hoogst bijzonder; slechts een beperkt aantal auto's kon eraan voldoen, stuk voor stuk hybrides en EV's. Dit geeft wel aan hoe snel de motorische ontwikkelingen momenteel gaan in autoland.
De uitstoot van nieuwe bestelwagens moet overigens ook naar beneden. Daarvoor wordt de norm tegen 2030 met 31 procent aangescherpt. De invoer van de nieuwe norm verloopt getrapt. In 2025 moet een nieuwe personenwagen al onder 81 g/km zitten.
Hoe werkt dat gemiddelde? De EU berekent de gemiddelde CO2-uitstoot per merk op basis van het aantal geleverde eenheden van elk model. Er mogen dus nog wel auto's verkocht worden die meer CO2-afgifte laten noteren, maar die moeten gecompenseerd worden met auto's die minder CO2-uitstoten dan de norm. Wil je weten welke richting de belasting uitgaat? Ga er dan maar van uit dat je voor een auto die boven de CO2-norm, je portefeuille een stuk verder zal moeten opentrekken.
Eerste reacties Wel, die zijn gemengd. Natuurlijk zijn milieuorganisaties in hun nopjes. Veel minder hoerageroep is er onder meer bij de Duitse delegatie. Die was van mening dat een beperking van meer dan 30% te grote risico's op ernstige gevolgen voor de eigen en Europese economie inhoudt. In Europa zijn 13,3 miljoen arbeidsplaatsen rechtstreeks of onrechtstreeks verbonden aan het lot van de autosector. Dat is ruim 6% van de actieve beroepsbevolking. In Duitsland is dat percentage hoger.
De Europese koepelvereniging van autofabrikanten reageert zelfs erg hard. Die gebruikt de woorden 'extreem bezorgd'. De ACEA meent dat de 2030-norm louter realiseerbaar is wanneer elektrisch rijden gemeengoed wordt, terwijl het erop wijst dat consument, technologie noch infrastructuur daar klaar voor zijn. De organisatie zegt tevens dat de beslissing 'louter gebeurde op basis van politieke motieven en dat er geen rekening werd gehouden met de technologische en socio-economische realiteit'.
Gedwongen aankoop Nou, de consument zal grotendeels elektrisch moeten gaan rijden. Of hij nu wil of niet, of de infrastructuur er klaar voor is of niet. Hij zal de EV " plat gezegd " door de strot geduwd krijgen. En de automobilist zal hiervoor ook nog eens zelf de rekening moeten betalen.
Momenteel kost een EV " bij een gemiddeld gebruik per ton uitgespaarde CO2-uitstoot - zo'n € 1.500 voor de consument. Een hoge prijs, gezien in de industrie een ton CO2 verhandeld wordt voor € 23. De prijs van de elektrische auto zal wellicht wat dalen, maar daartegenover staan de kosten van de laadinfrastructuur en de onvermijdelijke introductie van accijns op elektriciteit die gebruikt wordt voor het opladen van je auto. Waar denk je dat al die digitale en zogenaamd slimme energiemeters die allerhande maatschappijen geleidelijk invoeren immers toe dienen? Kort gezegd: autorijden wordt duurder. Misschien een klein beetje duurder, misschien heel wat duurder. De 28 lidstaten verplichten zich in het akkoord niet tot subsidiemaatregelen of een verdere uitbouw van de infrastructuur, ofschoon daar natuurlijk wel naar wordt gekeken.
Handdoek in de ring De verstrenging van de uitstootnorm zou ook kunnen leiden tot een verschraling van het autolandschap. Natuurlijk zullen er modellen verdwijnen en zullen er nieuwe bijkomen. Maar het is ook verre van uitgesloten dat enkele merken zich geheel zullen terugtrekken van de Europese markt. Ze gooien de handdoek in de ring. Dat gebeurde in het verleden ook al. Een gigant als General Motors besloot eerder al dat in Europa het sop de kolen niet waard is. In rekenkamers bij heel wat automerken zal becijferd worden of een aanwezigheid in de EU de investering nog wel waard is. Dat is zo voor Aziatische en Amerikaanse merken in de eerste plaats, maar er zijn ook Europese autoconstructeurs die het merendeel van hun afzet buiten de EU-grenzen realiseren. Vergelijk het enigszins met Brexit voor de nu nog in Groot-Brittannië gevestigde wereldspelers. Anderzijds zet het natuurlijk de deur open voor nieuwe initiatieven.
Afname bouwkwaliteit Tot slot, onderschat ook de gevolgen voor het product zelf niet. De autosector ziet zich immers verplicht om hun ontwikkelingen in een sneltempo door te voeren. Vandaar de verwijzing naar de stand van de technologie. Een opgedreven ontwikkeltempo garandeert niet altijd dat een product voldoende gerijpt is wanneer het op de markt komt.
Kijk voor meer autonieuws en rij-impressies op Kijk voor meer autonieuws en rij-impressies op www.autowereld.com.
