18 september 2015 - De Amerikaanse beurzen stevenen vrijdag af op een teleurstellend slot van de handelsweek, nadat de Federal Reserve donderdag besloot om de rente onveranderd te laten.
De S&P 500 index daalde 1,4 procent naar 1.962,84 punten, de Dow Jones index verloor 1,6 procent op 16.416,22 punten en de Nasdaq noteerde 1,2 procent lager op 4.837,60 punten.
De Federal Reserve handhaafde donderdag de rente op het historisch lage tarief van 0 tot 0,25 procent en herhaalde dat het gerechtvaardigd is om de rente te verhogen als de arbeidsmarkt nog iets verder verbetert en er een redelijke mate van zekerheid is dat de inflatie op termijn weer stijgt naar de gewenste twee procent.
Dat de centrale bank de trekker niet overhaalde was volgens Piet Lammens van KBC het gevolg van de "grotere onzekerheid over de ontwikkelingen in China en de opkomende landen enerzijds en de toegenomen volatiliteit in de financiële markten anderzijds". Lammens meende zelfs dat de Fed zo 'dovish' was dat het nog maar de vraag is of de rente dit jaar nog wel wordt verhoogd. Ook analisten van ABN AMRO wezen op "de recente internationale ontwikkelingen" als belangrijkste reden voor de Fed om de rente niet te verhogen.
"Beleggers zijn het rentespelletje van de Fed een beetje beu. Toch zullen ze het nog een paar keer moeten meespelen, voordat de Fed de kogel door de kerk jaagt", aldus beleggingsspecialist Maria Municchi van vermogensbeheerder M&G. Sommige analisten vragen zich volgens Municchi inmiddels hardop af of het risico nu begint te schuilen in een te late renteverhoging in plaats van een te vroege.
Het euro/dollar noteerde op 1,1356. Bij het sluiten van de Europese beurzen bewoog het muntpaar nog op 1,1362 en donderdag stond er een stand van 1,1433 op de borden bij het sluiten van de Amerikaanse beurzen. Het muntpaar kwam volgens analist Roy Teo van ABN AMRO onder druk te staan doordat de markt de renteverwachtingen terugschroefde. Desondanks voorziet Teo nog altijd pariteit tussen de euro en de dollar voor het jaareinde.
"Als de Fed inderdaad in december, zoals wij verwachten, de eerste rentestap zet, dan ligt een stijging van de dollar en de Amerikaanse rentes in het verschiet", zo stelde de analist van ABN AMRO.
De macro-economische agenda was vrijdag matig gevuld met als voornaamste agendapunt de Leading Economic Indicators (LEI) voor de Amerikaanse economie. De LEI index nam in augustus toe met 0,1 procentpunt tot 123,7 na een pas op de plaats in juli. De index vormt een conjunctuurindicator die de ontwikkeling van de economie in het komend halfjaar weergeeft.
Olie werd vrijdag flink goedkoper. Een oktober-future op een vat West Texas Intermediate daalde 4,5 procent naar 44,78 dollar en een vat Brent werd 3,1 procent goedkoper op 47,58 dollar.
