Uit studies blijkt dat een op de drie organisaties managers op directieniveau op de eerste dag gewoon laat beginnen onder het motto: sink or swim. De gedachte overheerst immers dat een nieuwe bestuurder ervaren genoeg moet zijn om zijn eigen boontjes meteen te kunnen doppen. Er zijn echter voorbeelden te over van bedrijven waar problemen voorkomen hadden kunnen worden met een betere inwerkperiode.
Vier methoden hebben zich inmiddels bewezen: het meedraaien met en laten inwerken door de voorganger; het inwerken door de raad van bestuur; het door de nieuweling zelf regelen van de introductie (zoals inlezen en het bezoeken van filialen) en het zelf opleiden van de topmanagers en deze niet van buitenaf aantrekken. Dit alles voorkomt dat de nieuweling geconfronteerd wordt met een onbekende bedrijfscultuur, de spreekwoordelijke lijken in de kast en een gebrek aan draagvlak.