De Amsterdamse beurzen zijn afgelopen week flink lager gesloten, nadat zorgen onder beleggers over een mondiale groeivertraging de overhand kregen en verdere monetaire verruimingen in Europa minder waarschijnlijk lijken.
De AEX eindigde afgelopen week 3,5 procent lager op 453,55 punten, nadat de voorgaande week nog resulteerde in een weekwinst van 1,7 procent. De AMX daalde afgelopen week 3,6 procent.
"Door de sterke groei van de Amerikaanse werkgelegenheid is de verwachting sterk toegenomen dat de eerste renteverhoging door de Federal Reserve nog dit jaar plaatsvindt. De kracht van de dollar, die daaruit resulteert, zou de Europese Centrale Bank (ECB) de ruimte geven om nog even te wachten met een intensivering van het eigen beleid", aldus analisten van ABN AMRO.
ECB-president Mario Draghi liet afgelopen week voor het Europees Parlement evenwel weten dat de risico’s voor de economie duidelijk zichtbaar zijn en dat het herstel van de kerninflatie mogelijk al ten einde is. "De kans op een aanpassing van het programma is weer iets groter geworden", zo concludeerden marktanalisten van Rabobank.
Naast het beleid van de centrale banken stonden grondstoffenprijzen en daarmee de aandelenmarkten opnieuw stevig onder druk afgelopen week, in het bijzonder op donderdag. Volgens ABN AMRO worden de lagere grondstoffenprijzen gezien als een indicatie van een zwakke wereldeconomie.
Cijfers wezen afgelopen week op een groei van het bruto binnenlands product van de eurozone met 0,3 procent op kwartaalbasis. De groei kwam in Nederland uit op een teleurstellende 0,1 procent, terwijl de economie van Frankrijk en Duitsland met 0,3 procent groeide.
"Met een groei van 0,3 procent lijkt het momentum achter het economische herstel van het eurogebied, ondanks record lage rentes, een flinke waardedaling van de euro en fors lagere olieprijzen, te verzwakken", concludeerde Maarten Leen van ING. De hoofdeconoom voegde hieraan toe dat de groei in de afgelopen kwartalen gemiddeld bijna een half procent bedroeg.