De Amerikaanse beurzen gaan dinsdag vermoedelijk lager van start. Futures op de Dow Jones en S&P noteerden een half uur voor de start van de handel tot 0,8 procent lager, terwijl technologiebeurs Nasdaq het verlies beperkte tot 0,5 procent.
Beleggers moeten het stellen met een relatief lege beursagenda. Voorbeurs bleek de arbeidsproductiviteit in het tweede kwartaal met 1,3 procent gestegen, terwijl de kosten met een half procent toenamen. Verder meldde de National Federation of Independent Business dat het vertrouwen onder Amerikaanse ondernemers in het midden- en kleinbedrijf in juli steeg. De vertrouwensindex steeg op maandbasis van 94,1 naar 95,4 punten. In juni daalde de vertrouwensindex juist nog met 4 punten.
Later vanmiddag volgen nog de groothandelsvoorraden.
Uit China kwam dinsdagochtend het nieuws dat de People’s Bank of China de yuan devalueerde om zo de export te stimuleren en de economie aan te jagen. "Een enorme stap" volgens valutaspecialisten van Rabobank. China stelde de marge van de muntwaarde ten opzichte van de Amerikaanse dollar bij met bijna 2 procent. Met deze stap geeft China volgens de marktvorsers van Rabobank gehoor aan de tegenvallende data van de afgelopen tijd.
Wel ziet Rabobank een mogelijk gevaar van de devaluatie. Zo is het niet ondenkbaar dat buitenlandse investeerders zich terugtrekken uit China, aangezien de kans bestaat dat de centrale bank de munt verder zal verzwakken.
De euro/dollar werd dinsdag duidelijk hoger verhandeld op 1,1070.
Olie werd opnieuw goedkoper. Zowel een september-future op een vat West Texas Intermediate als op een vat Brent daalde in prijs. WTI werd 2,5 procent goedkoper en Brent 1,6 procent.
