De Amerikaanse beurzen zijn scherp lager gesloten door onder meer geopolitieke zorgen, tegenvallende macrocijfers en zorgen om Argentinië. Wall Street werd daarnaast geconfronteerd met een stroom aan overwegend negatief ontvangen bedrijfscijfers.
De Dow Jones Index sloot 1,9 procent lager op 16.563,95 punten, rond het laagste niveau van de handelsdag, terwijl de S&P 500 2,0 procent prijs gaf op 1.930,69 punten. Techbeurs Nasdaq sloot 2,1 procent lager op 4.369,77 punten.
Volgens Koen Bender van Mercurius Vermogensbeheer is er grote onzekerheid over de situatie in Argentinië. Wordt dit een default, of een gedeeltelijke default en welke beleggers worden geraakt, zo verwoordde de vermogensbeheerder de zorgen op Wall Street.
De zorgen om Argentinië komen bovenop de al bestaande zorgen om Rusland en Israël. Met name de aangekondigde handelssancties tegen Rusland brengen schade toe aan onder meer de opkrabbelende Europese economieën.
Naast geopolitieke zorgen werd Wall Street opgeschikt door een onverwacht scherpe stijging van de Amerikaanse steunaanvragen afgelopen week met 23.000 naar 302.000, na een stevige daling in de voorafgaande week.
Ook een scherpe daling van de inkoopmanagersindex voor de regio Chicago van 62,6 in juni naar 52,6 in juli leidde tot somberheid bij beleggers. Een dergelijke daling was sinds oktober 2008 niet meer gezien en de index noteerde op het laagste niveau sinds juni 2013.
Vrijdag staat het banenrapport, dat wordt beschouwd als ’s werelds belangrijkste macrocijfer, op de agenda en krijgen beleggers inzicht in de gemoedstoestand van de Amerikaanse consument door de vrijgave van het consumentenvertrouwen, zoals gemeten door de Universiteit van Michigan.