Spanje heeft op zaterdag van de andere eurolanden een pakket noodleningen ter waarde van 100 miljard euro gekregen, geld dat het land gaat gebruiken om het noodlijdende bankwezen te steunen. Spanje is daarmee het vierde euroland dat een reddingsoperatie nodig heeft, zo melden nieuwsmedia dit weekend.
Ministers van Financiën van de eurozone gingen na telefonisch overleg akkoord met de noodleningen. Afgelopen weken werd al duidelijk dat Spanje zichzelf niet langer op eigen kracht kan financieren in de kapitaalmarkt vanwege steeds oplopende rentestanden en kapitaalvlucht.
De Spaanse premier Mariano Rajoy noemde op zondag de noodleningen “een overwinning voor de euro”, aldus berichtgeving. Rajoy zei daarnaast dat de bezuinigingen en hervormingen die zijn regering aan het doorvoeren is, voorkomen hebben dat het land een complete bailout moest aanvragen.
Rajoy slaagde er echter niet in het geld buiten Madrid om rechtstreeks naar de banken te sluizen, in de hoop daarmee een vernederend Trojka-Programma te vermijden. Nu het Spanje zelf is dat om noodhulp vraagt, lijkt Duitsland, Europa’s penningmeester, zijn zin te hebben gekregen.
De voorwaarden voor de noodleningen zijn echter nog niet duidelijk. Vast staat al wel dat de regering van Rajoy, die dit jaar probeert het begrotingstekort te verlagen van tegen de 9 procent naar 5,3 procent, niet nog dieper hoeft te gaan bezuinigen.